Vruchtbaarheidsbewustzijn

Vruchtbaarheidsbewustzijn

Zinaman (1997)

Zinaman, Katz

Incidence and implications of altered semen quality on family planning

Advances in Contraception, 1997; 13 (123-8)

In het licht van de twijfels over de verandering in spermakwaliteit, gerezen gedurende de laatste jaren, komt de vraag naar boven in welke mate de zaadkwaliteit moet verminderen, alvorens er een vast te stellen verandering in vruchtbaarheid optreedt, of een langere tijd nodig voor het tot stand komen van zwangerschap. Geen enkele maatstaf voor de spermakwaliteit kan de verzekering geven dat de zaadcellen ook functioneel in orde zijn. Andersom kan een verandering in één of meer maatstaven voor de zaadkwaliteit wel een aanwijzing zijn voor een ver-minderde functionaliteit van de zaadcellen. Tegenwoordig denkt men dat er een S-vormige relatie is tussen de waarschijnlijkheid van conceptie (Y-as), en de zaadkwaliteit (X-as).

De auteurs beschrijven de resultaten van een prospectief onderzoek, gestart in 1987, van 210 normaal vruchtbare paren. De paren waren met anticonceptie gestopt om zwanger te raken. De vrouwen mochten niet ouder zijn dan 37 jaar, en moesten een menstruatie- en coïtusdagboek bijhouden. Voor de mannen bestond er geen beperking in leeftijd. Er werden dagelijks urinemonsters verzameld van de vrouwen, die geanalyseerd werden op LH (ovulatie) en hCG (zwangerschap). Zodra de verwachte menstruatie uitbleef, werd ook het bloed onderzocht op hCG.

De mannen stonden 2 zaad-monsters af per cyclus gedurende de eerste 3 cycli, na een bepaalde onthoudingsperiode. De paren werden voorgelicht over de beste coïtusfrequentie en timing, om de kans op bevruchting zo groot mogelijk te maken.

Resultaten:

Na èèn cyclus was 29,5 % van de 200 paren zwanger; na 3 cycli was dit 58 %; na één jaar was dit 82 %.
Als het aantal paren dat zwanger werd in de eerste drie maanden werd afgezet tegen de spermaconcentratie van de man, was er globaal een toename in zwangerschapskans bij een toenemende spermaconcentratie te zien, tot een bepaald hoog niveau. Door een bepaald model op de resultaten los te laten, kon de verwachting worden uitgesproken dat beneden een spermaconcentratie van 40 x 106/ml, er een snelle terugval in de kans op snelle conceptie optreedt.

Discussie:

Een mogelijke vermindering in de zaadkwaliteit kan een belangrijke factor zijn in het succes van NFP. Mogelijk zou de lengte van de vruchtbare periode zelfs kunnen verminderen, waardoor de acceptatie van NFP kan toenemen. Tot nu toe is het onwaarschijnlijk dat er op wereldniveau een vermin-dering van de zaadkwaliteit heeft plaats gevonden. Waar dat op lokaal niveau, of in bepaalde subgroepen mannen, wel het geval is, zijn de effecten op de vruchtbaarheid nog grotendeels onbekend. Op dit moment is er onvoldoende significante informatie om er de praktijk van NFP op aan te passen.

Schuiven naar boven